Geen cumul van factuurinhouding en schadevergoeding

Op 8 november 2024 sprak het Hof van Cassatie zich uit over een veelvoorkomende discussie in bouwgeschillen. Het ging om de vraag of een opdrachtgever, die schade lijdt door gebrekkig werk van een aannemer, zowel de betaling van een factuur mag weigeren als ook een schadevergoeding mag eisen.

Het Hof gaf hierop een duidelijk antwoord en verduidelijkte daarmee enkele belangrijke juridische principes.

Feitelijke achtergrond en beoordeling door het Hof van Cassatie

De zaak betrof een aannemer die bouwwerken had uitgevoerd ten belope van ongeveer 300.000 euro. Tijdens en na de uitvoering bleken ernstige gebreken, waaronder een lekkend dak. De opdrachtgever weigerde daarom het openstaande saldo van ruim 30.000 euro te betalen en vorderde tevens een schadevergoeding van bijna 20.000 euro.

Zowel de rechter in eerdere aanleg als het Hof van Beroep gaven de opdrachtgever gelijk. Er werd een schadevergoeding toegekend, en het resterende factuurbedrag hoefde niet te worden betaald.

De aannemer was het daar niet mee eens en ging in cassatie.

Het Hof van Cassatie gaf de aannemer gelijk, en bevestigde dat aan de schadelijder geen hogere vergoeding kan worden toegekend dan de vastgestelde schade.

Integraliteitsbeginsel en wederkerigheidsbeginsel

De uitspraak van het Hof verenigt twee centrale juridische principes.

Enerzijds heeft een schadelijder recht op integrale vergoeding van zijn schade. Een schadevergoeding heeft als doel om de benadeelde partij terug te brengen in de toestand waarin zij zou hebben verkeerd zonder de fout van de andere partij. Dit is het zogenaamde “integraliteitsbeginsel”, vroeger verankerd in artikel 1149 van het Oud Burgerlijk Wetboek en thans in artikel 5.86 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek.

Anderzijds is er het principe van wederkerigheid, op basis waarvan beide partijen bij een overeenkomst rechten en plichten hebben.

In het geval van een aannemingsovereenkomst heeft de opdrachtgever recht op degelijk werk, en de aannemer op betaling. Indien de aannemer zijn verplichtingen niet correct nakomt, mag de opdrachtgever schadevergoeding eisen. Maar hij kan zich daarbij niet aan zijn eigen verplichting tot betaling onttrekken.

Bijgevolg, als een opdrachtgever reeds vergoeding heeft gekregen voor de gebreken (integraliteitsbeginsel), dan kan hij niet bovenop die vergoeding niet ook nog de betaling van de overeengekomen prijs weigeren (wederkerigheidsbeginsel). Anders oordelen zou leiden tot een dubbele sanctie voor de aannemer.

Mogelijkheid tot compensatie

Bovenstaande principes sluiten niet uit dat er eventueel wordt gecompenseerd.

Als de opdrachtgever schade lijdt van bijvoorbeeld 20.000 euro en nog een factuur moet betalen van 30.000 euro, dan kan hij wettelijk compenseren.

Met andere woorden, de schadevergoeding wordt dan in mindering gebracht op de openstaande schuld. Wat overblijft moet alsnog worden betaald. Is de schadevergoeding hoger dan het factuurbedrag, dan is het verschil verschuldigd aan de opdrachtgever.

Heb je een vraag?
Wij helpen je graag verder.
DELEN OP facebook linkedin